Home  >   Ongerustheid omtrent nieuwe RSZ regels: welke clubs worden getroffen?
Ongerustheid omtrent nieuwe RSZ regels: welke clubs worden getroffen?
Ongerustheid omtrent nieuwe RSZ regels: welke clubs worden getroffen?

Ongerustheid omtrent nieuwe RSZ regels: welke clubs worden getroffen?

Kalender maandag 18 oktober
Het oude RSZ gunstregime werd in het leven geroepen om het voor voetbalclubs gemakkelijker te maken om profspelers aan trekken. Nu een aanzienlijk deel van de clubs kampt met financiële kopzorgen maakte de Belgische overheid in hun begrotingsverklaring bekend dat zowel spelers als clubs voortaan zwaarder belast zullen worden. Wat houden de aanpassingen juist in en wat zijn de gevolgen?

In bijna alle Europese landen genieten topclubs van een bepaalde mate van gunsten en kortingen België was daarin geen uitzondering, het was zelfs een van de ‘goedkoopste’ landen in de Europese Unie. Meteen ook een van de redenen waarom Belgische clubs al jarenlang in het vizier staan van buitenlandse investeerders. Het totale pakket aan uitzonderingsmaatregelen kostte de Belgische schatkist naar schatting 200 miljoen euro aan gemiste inkomsten, waarvan de Jupiler Pro League alleen al instond voor 80% van de koek. Een verlies aan inkomsten dat bovendien jaarlijks aanzienlijk groeit. Zo was de totaalsom bijvoorbeeld nog ca. 80 miljoen euro in 2010.


ONRECHTVAARDIG

Volgens de Vlaamse politiek was dit niet langer te rechtvaardigen. Het waren vooral de zij die het mes in de kortingen wilden zetten terwijl de Waalse politiek de kwestie minder urgent vond of zelfs tegen stemden. De recente onthullingen in het kader van Operatie Zero zullen daarbij niet geholpen hebben, en je kan je inderdaad de vraag stellen hoe het mogelijk is dat een sector die dergelijke sociale en fiscale steun geniet zo moeilijk winsten kan boeken. Zo rapporteerden de profclubs in 2020 nog een gezamenlijk verlies van liefst 53,6 miljoen euro. Een bedrag dat de komende jaren kan oplopen tot 120 miljoen wanneer de effecten van corona duidelijker worden.

De regering mikt alvast op een ‘winst’ van ca 43 miljoen euro: 30 miljoen uit de aanpassing van de RSZ bijdragen en 10 miljoen uit herwerking van systeem bedrijfsvoorheffing voor voetbalclubs. Tenslotte zal getracht worden nog 3 miljoen uit makelaarstranacties te halen, die voortaan nog slechts tot maximaal 3 procent ingebracht zullen kunnen worden als bedrijfskost.

De sterke schouders van de profvoetballers - maar ook andere goedverdienende sporters - zullen meer lasten moeten dragen dan de kleine en semiprofessionele clubs. Die worden in deze hervorming gespaard.

Minister van Financiën Vincent Van Peteghem

De komende maanden zal, na intensief overleg met de sportsector, uitwijzen hoe groot de ‘schade’ werkelijk zal zijn, maar dat het vooral de topclubs zijn die de rekening gepresenteerd krijgen staat vast. Als het van Minister van Sociale Zaken Frank Vandenbroucke af hangt zullende zij namelijk een groter deel op tafel moeten leggen. In ruil wil hij een speciale ‘sportbonus’ op tafel leggen waarbij zij die het minst verdienen de grootste korting zullen krijgen, en dus niet omgekeerd, zoals nu. Frank Vandenbroucke: “De absolute topverdieners moeten wat mij betreft gewoon de volle pot betalen: 25 procent door de club en 13,07 procent door de sporter”. Ook Minister van Financiën Vincent Van Peteghem treedt hem daarin bij:  ,,De sterke schouders van de profvoetballers - maar ook andere goedverdienende sporters - zullen meer lasten moeten dragen dan de kleine en semiprofessionele clubs. Die worden in deze hervorming gespaard. Op die manier kunnen we de jeugdwerking blijven ondersteunen.”

geld

Wat de aanpassingen aan de RSZ maatregelen betreft wordt alvast een gefaseerde overgang verwacht zodat de clubs zich hierop kunnen voorbereiden, maar hoe dan ook zal het resulteren in een daling van de gemiddelde bruto maandlonen die momenteel rond de 430.000 euro liggen. Daarnaast gaat ook de speciale pensioenregeling op de schop, waarbij voetballers hun aanvullend pensioen al konden opnemen op hun 35ste terwijl normale werknemers moeten wachten tot een pensioengerechtigde leeftijd. Volgens Minister Vandenbroucke kan je moeilijk beargumenteren dat voetballers na hun carrière niks anders meer kunnen doen.

Inzetten op de jeugd dan maar?

Dat er onrust is in hogere voetbalkringen is dus niet meer dan normaal. De clubs met de grootste loonlasten zijn in onze competitie ook veelal diegenen die het meest investeren in eigen jeugdopleiding. Dat zij het meest geraakt zullen worden kan onmogelijk positief zijn voor het Belgische voetbal, dat zich mogelijks moet opmaken voor een lagere UEFA-rankschikking.

Je verliest alle spelers aan het buitenland en je blijft hier zitten met een erg matige Mickey Mou­se-competitie

Trudo Dejonghe, Sporteconoom (KU Leuven)


In een reactie toonde Trudo Dejonghe zich alvast weinig positief over de aangekondigde maatregelen. Volgens hem ligt de focus verkeerd zijn de aangekondigde aanpassingen populistisch en ondoordacht. “Ploegen die hebben geïnvesteerd in jeugdwerking en dus wél goed gewerkt hebben worden het meest gestraft, terwijl ze net beloond zouden moeten worden”. Hij vreest dan ook dat er binnenkort “elf derderangs niet-EU’ers het zullen opnemen tegen een andere ploeg met elf niet-EU’ers met enkele excuus-Belgen op de bank”.

Hier en daar wordt geopperd dat de enige oplossing is om vol in te zetten op jeugd, maar is niet iedereen het over eens. Zo zei Hein Vanhaezenbrouck tegen Sporza: "We kunnen nu al met moeite onze jeugdspelers houden en moeten astronomische bedragen neertellen om een goede jeugdspelers van 14-15 jaar te houden. Anders worden ze gewoon weggeplukt door de veel kapitaalkrachtigere clubs." Vincent Kompany ziet het op lange termijn wél goedkomen: hij verwacht eerst een stap achteruit, maar ook een vooruit door onderandere jeugdploegen in 1B te plaatsen. “Mits investeringen in infrastructuur moeten we op lange termijn sterker uit deze periode komen”.

In een competitie waar het aantal speelminuten voor buitenlandse spelers jaarlijks stijgt (vorig jaar +65%) zullen hoe dan een serieuze mentaliteitswijziging én investeringen in bijvoorbeeld jeugdopleidingscentra nodig zijn om de Belgische talenten meer kansen te geven in eigen competitie. Mogelijks kan de politiek hierbij een handje helpen en clubs belonen die wél inspanningen doen om het nationale voetbal een mooie toekomst te bieden?

Deel dit artikel op social media

Gerelateerde artikelen