De wetenschap van het verdedigen
Tiago Fernandes en zijn collega's hebben onderzoek gedaan naar verdedigende acties. In totaal zijn er 49 tot 12398 verdedigende patronen ontdekt in 32 wedstrijden tijdens het WK van 2014. De onderzoekers starten met een theoretisch kader met een duidelijke schets over verdedigen in teamverband. In wetenschappelijk termen wordt dit ook wel teamcoördinatie of interpersoonlijke coördinatie genoemd.
Dit is het gedrag van teamleden om het meest significante resultaat voor het team te bereiken. Dit is oftewel een synchronisatie, specificatie en stabilisatie van gedrag tussen twee of meer mensen in een sociale interactie. Deze interactie vindt plaats in een voortdurende veranderende omstandigheden. Maar wat betekent dit voor het verdedigen op zich? Om dit beter in kaart te brengen hebben de onderzoekers gebruik gemaakt van de volgende afbeelding:
Dit model laat een tactisch-technische verdedigende actie zien richting een speler met de bal. Hier worden de verschillende zones aangemerkt waarin de verdedigende spelers zich begeven. Het doel van de studie was dan ook om te kijken of de methode resulteert in een snellere onderschepping van de bal om vervolgens weer te kunnen aanvallen.
De resultaten laten een ideaal patroon zien waarbij één verdediger druk op de bal zet en zijn teamgenoten mee kantelen naar die zone, en waarbij de tweede verdediger eventueel ondersteunt in het druk zetten terwijl de derde verdediger de diepe bal afschermt.
In totaal werden 15.369 (480,28 ± 112,37) gebeurtenissen en 49 tot 12.398 verschillende patronen in 32 wedstrijden van de play-offs van de FIFA Wereldbeker 2014 gedetecteerd en geanalyseerd. De resultaten zijn geanalyseerd volgens een wetenschappelijk T-patroon. Nadat alle gegevens onderzocht waren konden de onderzoekers een antwoord geven welke manier van verdedigen het beste functioneerde in de desbetreffende wedstrijden.
De resultaten laten een ideaal patroon zien waarbij één verdediger druk op de bal zet en zijn teamgenoten mee kantelen naar die zone, en waarbij de tweede verdediger eventueel ondersteunt in het druk zetten terwijl de derde verdediger de diepe bal afschermt. Dit heb ik kort proberen te illustreren in een vereenvoudigde 4 tegen 4. Waarin 9 de eerste verdediger is, 8 de tweede verdediger en 10 als derde verdediger die de diepe pass eruit haalt:
Het gedrag van de eerste verdediger en het eerste balcontact van de tegenstander zijn volgens onderzoekers de momenten om als verdedigende team stelling te nemen. Daarnaast was de derde verdediger cruciaal voor het voorkomen van de diepe pass. Daarnaast concludeerde men trouwens dat na de groepsfase er veel meer lange ballen werden gespeeld, waarbij het verdedigende team geen of weinig druk meer gaf richting de bal.
De onderzoekers geven dan ook als tip dat je als coach nadrukkelijk let op de rol van een tweede of derde verdediger zoals zij het noemen. Ook benadrukken ze expliciet de rol van de derde verdediger, de nummer 10 in het bovenstaande voorbeeld. Hier zijn uiteraard ook weer specifieke coachopmerkingen op voetbalhandelingen aan gekoppeld. Al samenvattend was het een verhelderende artikel dat kan helpen in het herkennen en verbeteren van verdedigende acties.
Literatuur
Fernandes T, Camerino O and Castañer M (2021) T-Pattern Detection and Analysis of Football Players' Tactical and Technical Defensive Behaviour Interactions: Insights for Training and Coaching Team Coordination. Front. Psychol. 12:798201. doi: 10.3389/fpsyg.2021.798201
Dit artikel kwam er in samenwerking met www.sportbrein.com / Auteur: Timo Kleinhesselink